Hoewel de naam eigenlijk verkeerd is (deze schepen zijn ontworpen als kustvaarders, door buro J.J. Sietas.), kon een dergelijk schip natuurlijk niet ontbreken op Kaj-M.
Ze zijn in grote aantallen gemaakt in de jaren ’80 en varen nog altijd (soms gemoderniseerd) rond.
De handige maten (ong. 3500 BRT) en universele inzetbaarheid is de reden van hun populariteit.
Het zijn geen echte containerschepen, al zijn de luiken wel voorzien van bevestigingspunten (dat is tegenwoordig haast standaard).
Het begin van het frame van 4mm MDF.
In plaats van te werken met spanten, worden de dekken uitgetekend en gezaagd en wordt de langsdoorsnede op hoogte van de waterlijn niet vergeten.
Het frame wordt bekleed met 0.4mm vliegtuigtriplex.
We beginnen het bekleden met de boeg en vanwege de kleine buigradius letten we goed op de nerf (1 kant buigt altijd beter).
Het ruw uitgeknipte triplexplaatje wordt met veel geweld om de dekken geklemd.
Aangezien triplex maar in één richting te buigen is, moeten ‘dubbele bochten’ (zoals bij de onderzijde en bij het achterschip) massief gemaakt en geschuurd worden.
Terwijl de lijm droogt beginnen we alvast met de opbouw.
Demontabel werken heeft zo zijn voordelen.
Databladen van diverse rederijen en zoveel mogelijk foto’s van internet (liefst van hetzelfde schip) zorgden voor de nodige informatie. Al blijft het wel goed opletten.
De opbouw zit in de grondverf.
Doordat de basiskleur (wit) lastig gelijkmatig te schilderen is, en er veel hoeken en gaatjes zijn, worden deze delen gespoten.
De dekken, traptreden etc. worden met de kwast geschilderd.
Na het schilderen kan alles afgemonteerd worden.
De reddingsboot mag natuurlijk niet ontbreken.
” moeten ‘dubbele bochten’ (zoals bij de onderzijde en bij het achterschip) massief gemaakt en geschuurd worden”, De lezer zal vast wel in de gaten hebben dat dat zo is, maar niet hoe je zoiets aanpakt (massief maken), misschien dat een “lesje” daarover nog als aanvulling gegeven kan worden.